Dit boek, van een geleerde van Sylvia Plath, gaat in op een occulte kant van de auteur: de verkenningen van metafysische kennis die een fan misschien niet goed kent. De auteur Julia Goron-Bramer onderzoekt de interesse van de auteur in mystiek en haar praktijken die tot op het moment van haar dood voortduurden, en werpt een diepgaand onderzoek naar deze kant van Plath — hoe dit deel van haar leven het politieke en het historische combineerde. Door onderzoek aan de hand van haar werken, tijdschriften, plakboeken en persoonlijke correspondentie heeft de auteur grondig onderzoek gedaan naar haar ervaring met het verkennen van het bovennatuurlijke. Door middel van meditatie, het schuren van kristallen, interesse in de kabbala, hermetisme, kwam Plath in contact met het esoterische, wat volgens de auteur naar voren kwam in haar gedichten en andere werken. De auteur legt uit dat er een verborgen kant aan Plath zat, in tegenstelling tot de kant die Plath in haar autobiografie presenteert.