PDS-G-02 Oorsprong: India Graad: AA Afmetingen: Ongeveer 30-40mm Gewicht: Ongeveer 20 tot 30g Oorsprong: India Graad: AA = zeer hoog Zonnesteen uit India van 30-40mm De kleuren en patronen kunnen variëren van steen tot steen. De zonnesteen dankt zijn naam aan zijn ongelooflijke oranje kleur en zijn zo bijzondere schittering. Deze steen geeft de indruk dat er glitters in zijn verwerkt. In 1801 gaf Jean-Claude Delamétherie (1743-1817), een Franse natuuronderzoeker, mineraloog, geoloog en paleontoloog, de naam zonnesteen aan dit prachtige mineraal als verwijzing naar de ster. Zijn glinsterende schittering en oranje kleur kunnen soms iriserend zijn met groen of blauw. Dit effect is te danken aan de aanwezigheid van hematiet- of goethietkristallen waarop het licht weerkaatst. De zonnesteen wordt ook wel helioliet genoemd. Deze naam komt van het Griekse helios (naam van de zonnegod) en lithos, wat steen betekent. Deze steen is een variant van oligoklaas (mineraal uit de klasse van de silicaten). Zijn hardheid is 6 tot 6,5 op de schaal van Mohs. De zonnesteen heeft vele legendes en verhalen. Dit oude kristal is namelijk al duizenden jaren bekend. In de astrologie wordt deze steen geassocieerd met warmte, autoriteit, het mannelijke geslacht en komt hij voor in verschillende religies. Bij de boeddhisten is het de steen van de god Vishnu, bijgenaamd "de Gouden Man". In het christendom wordt hij geassocieerd met de twaalf apostelen van Jezus. Voor de Hebreeën bezit de Hogepriester dit mineraal. In de Griekse mythologie symboliseert de zonnesteen de Vader. De Grieken dachten ook dat deze steen de reïncarnatie was van Helios, de zonnegod. Hij symboliseerde macht, welvaart en jeugd voor zijn eigenaar. Hij werd ook veel gebruikt in de juwelenindustrie. De Vikingkrijgers vereerden deze prachtige oranje steen. Ze schreven hem de kracht toe van eeuwige rust door het betreden van het godenrijk genaamd Asgard, waar de dappere krijgers zich bevonden. In 1965 werden zonnestenen gevonden in de ruimen van een schip. Volgens de Deense archeoloog Thorkild Ramskoi diende de zonnesteen als kompas tijdens verplaatsingen bij bewolkte hemel. Ze plaatsten de helioliet voor een oog terwijl ze naar de lucht keken. Zo konden ze de positie van de zon bepalen en zich oriënteren. In de loop van de millennia verschijnt de zonnesteen in vele beschavingen.